De heupwijdte wordt gemeten rond de heupen, het meetlint zit dan strak rond uw huid. Zo meet u de werkelijke heupwijdte. De volle heupwijdte wordt gemeten rekening houdend met de buikuitstulping en is altijd meer dan de heupwijdte. U kunt de volle heupwijdte meten door een verticaal object tegen uw buik te houden (bijvoorbeeld een liniaal) en op dezelfde hoogte te meten als u de heupen meet (rond de billen en de heupen) en dan over de liniaal. Dat houdt dus in dat u het meetlint iets van uw huid afhaalt en over de liniaal laat lopen.